Een Vlaamse moeder (met fobie voor alle vliegende en snel kruipende beestjes) en zoon (met fobie voor spinnen) wagen zich voor het eerst buiten de grenzen van Europa.
En dat doen we meteen goed:
voor ons geen georganiseerde groepsreis maar een trektocht van 1500 km met de rugzak doorheen Java en Bali.

Op familiebezoek in Jogyakarta,
rustige stranden,
jungletochten,
tempels,
(werkende) vulkanen,
kennismaking met de Indonesische cultuur,
weg van het massatoerisme,
flexibel en met een laag budget.

Een grensverleggende en avontuurlijke reis per vliegtuig, trein, bus, auto, brommer, fiets, boot, becak, ojek of gewoon te voet.

maandag 25 april 2011

Naar huis

En dan zit de reis er al weer op:

eerst nog even een hagedisje vangen:


 En dan begint de terugtocht. Eerst met een klein éénmotorig vliegtuigje over de brousse naar Jakarta.
Je kan hier meevolgen wat er in de cockpit gebeurt, want het compartiment van de piloten is niet afgesloten.
Het vliegtuigje vliegt ook relatief laag, zodat je alles goed kan zien. Een hele aparte ervaring .....







 In Jakarta nog even tijd voor een bezoek aan Istiklal, de grootste moskee in Azië ( en zwaar gefinancierd met geld van Saoudi-Arabië)






En niet te vergeten het monas (Monument Nasional ).

Het plein rondom deze zuil is enorm groot. De mensen komen hier op zondagmiddag samen om rondjes te fietsen op het plein (met gehuurde tandems) , te voetballen, te zitten en praten .....
geen cafétjes, wel zoals gewoonlijk leurders met vanalles en nog wat.

En dan weer met Garuda via Dubai terug naar huis!


zaterdag 23 april 2011

Dag 18: een afmattende tocht door de jungle

Vandaag de vuurproef : In Pangandaran is er ook een National park. Dit is echt een stuk overgebleven jungle (want bijna overal op Java heeft het oerwoud plaatsgemaakt voor de rijstvelden) waar we –onder begeleiding van een gids – een trektocht zouden maken.
De schoonbroer van Siti is officiële gids in dit gebied, dus die ging met ons mee.

De jungle loopt tot aan het strand en er leven 7 verschillende apenstammen, die vaak oorlog tegen elkaar voeren.Vele apen lopen gewoon rond op het strand en zijn ondertussen gewend aan de mensen. Je moet wel goed zorgdragen voor je materiaal, want ze zijn heel snel om iets te stelen, vooral als er eten in je rugzak zit.

Op het strand zagen we nog heel wat dagjesmensen, maar eens in de jungle waren we helemaal alleen.
Je hoort alleen oerwoudgeluiden om je heen. Een aparte ervaring.
Ik had gedacht dat ik doodsbenauwd zou zijn, maar dat viel heel goed mee. Je hoort namelijk wel alle dieren, maar je ziet er weinig. We hadden ons natuurlijk goed voorbereid : lange broek, kousen, muskietenspray …..

Wat ik heel erg onderschat heb is de moeilijkheidsgraad. Wat was de tocht lastig! De hitte put je totaal uit en na een half uur liepen we dan ook verschrikkelijk te puffen. Het zweet stroomde langs mijn lijf en ik dacht dat ik het eindpunt (een meertje in het oerwoud waar we konden zwemmen) nooit zou halen.
Ik ben echt wel gewend aan serieuze trektochten, maar dit was echt een uitputtingsslag.
We hadden bovendien maar 1 liter water mee en dat was veel te weinig.
Na zo’n twee uur klimmen waren we eindelijk boven: fantastisch uitzicht op de zee en een koele vijver met kikkervissen waar we ons konden verfrissen.

Na een half uurtje konden we er weer tegen en begonnen we aan de terugweg. Daarna even afkoelen in de zee en op zoek naar iets om te eten. Hat was ondertussen al na vier uur, dus we hadden reuzehonger.

Maar toch nog geen eten : de auto wilde niet starten, en het duurde nog tot zeven uur, vooraleer we een restaurant konden zoeken.

Ondertussen kreeg ik een goed idee hoe de zus van Siti en haar buren leefden. Zo putten zij met een emmer water uit een gemeenschappelijke put  waarmee ze zich dan wassen, de vaat doen …..Aurora voelt zich hier trouwens helemaal thuis. Zij is van kleinsaf die verschillende werelden gewoon en voelt zich overal kiplekker.

En dan ……eindelijk eten! Westers voedsel ditmaal : ik had ondertussen zo’n honger dat ik frietjes wilde. Dat is dan meteen veel duurder dan Indonesisch eten, maar het was  ons laatste avondmaal hier en dan mag je je al eens laten gaan. Pas op , alles is relatief : we hebben met 6 personen goed gegeten en gedronken voor zo’n 300000 Rupiah. Dat is nog altijd minder dan 5 Euro per persoon!

Morgen zit onze reis er trouwens op …….

Eerst vliegen we met een éénmotorig vliegtuigje over de jungle terug naar Jakarta …..

Daar hebben we nog mooi even de gelegenheid om het enorme nationale monument, de Monas te bekijken. Het monument wordt ook wel de laatste erectie van Soekarno genoemd. De vlam op de top is bedekt met 35 kilo goud (de sloppenwijken liggen niet veel verderop).

Vlakbij ligt ook de mashId  Istiqlal,de derde grootste moskee ter wereld.maar liefst 180 000 mensen kunnen samen in deze moskee. Die gaan we ook nog even  een bezoekje te brengen ……


En dan weer het vliegtuig op naar huis ………      Als alles goed gaat landen we maandagmorgen op schiphol.
Een reis om nooit meer te vergeten!